Zelfverzekerd overkomen? Vermijd deze 3 dingen
Lijstjes genoeg met adviezen om meer zelfverzekerd over te komen. Meestal geven ze vooral tips over wat je moet doen en zeggen om je gesprekspartner te overtuigen. Draai het eens om en kijk naar wat je juist beter niet kunt doen en zeggen om zekerder over te komen. Drie dingen die mensen vaak doen in conversaties met anderen – omdat we het zo geleerd hebben of denken dat het zo hoort – maar die onze overtuigingskracht verminderen. Less is more!
- Gebruik geen woorden waarmee je een slag om de arm houdt, zoals ‘misschien’, ‘waarschijnlijk’ en ‘het lijkt alsof’. Door dit soort omslachtige woorden te gebruiken, straal je onzekerheid uit. Vervang ze door sterke woorden voor meer autoriteit, zoals ‘zeker’, ‘duidelijk’ en ‘absoluut’.
- Vermijd ‘disclaimers’, zoals ‘Ik weet het niet helemaal zeker, maar…’, ‘Ik heb er niet veel verstand van, maar…’ of ‘Het zou kunnen, maar…’. Sowieso kun je het woordje ‘maar’ beter weglaten na een negatief zinsdeel. Je zwakt af wat je wil zeggen. Vervang dit soort uitspraken bijvoorbeeld door ‘Ik weet zeker dat…’ of ‘Ik heb geleerd dat…’.
- Vraag niet steeds om bevestiging bij je gesprekspartner door je verhaal af te sluiten met woorden als ‘… Vind je ook niet? ‘, ‘… Toch?’ of ‘… Zou het niet?’. Door continu bevestiging te zoeken, kom je weinig zelfverzekerd over.
>> Lees ook: Wek vertrouwen met deze lichaamstaal