Iets er in, iets er uit en meer opruimtips
De lente is een seizoen waarin we – het zal iets natuurlijks zijn – gaan opruimen. We trekken kasten open, doorzoeken lades, gaan schoonmaken en sorteren. De bezem gaat door het huis. Sommige mensen zijn goed in weggooien, alles wat ze zien dat ze niet meer zullen gebruiken, gaat in een vuilnis- of recyclezak. Anderen – en dat zijn volgens mij de meesten van ons – denken overal twee keer over na. Een paar opruimregels die je kunnen helpen:
- Heb je meer dan een minuut nodig om te bedenken of je iets wilt houden? Gooi het weg. De kans dat je het zult missen na vandaag is nihil.
- Ruim op in kleine stapjes. Neem bijvoorbeeld in een uurtje een kastje onder handen. Of in een paar uurtjes de keuken. Kijk bij het opruimen wat je een jaar niet hebt gebruikt en stop dat in een doos of tas. Bedenk of er mensen in je omgeving zijn die het kunnen gebruiken, anders kan het altijd naar de kringloopwinkel, of als je nog deze twee weken de tijd neemt: verkoop het op Koningsdag!
- Iets in de kast, is iets uit de kast. Met deze stelregel kan je voorkomen dat je dingen opstapelt en op een gegeven moment door de bomen het bos niet meer ziet. Heb je een nieuw shirt? Welke kan er dan weg?
- Koop niet teveel. Het klinkt logisch dat je niet moet kopen wat je niet nodig hebt, maar toch doen we het veel: impulsaankopen. Denk voor je naar de kassa gaat: heb ik het echt nodig?!
- Paperassen zijn misschien wel de grootste ergernis: overal papieren die nog in ordners moeten. Stop ze er systematisch in. En kijk meteen wat er weg kan. Het is verstandig om bijvoorbeeld belastingpapieren tot vijf jaar terug te bewaren, maar alles van voor 2009 mag dus weg! Hetzelfde geldt voor ziektekosten, bankafschriften, enzovoorts. Dat ruimt lekker op.
Krijg je meer ruimte in huis? Koop dan meteen wat leuke bloemen, zodat je ook de lente in huis haalt!
Lees ook: